maandag 19 augustus 2013

Spyker aan de beurs deel 1: 2004-2007

Het aandeel Spyker verdwijnt op 13 september van de beurs. Dat is de laatste handelsdag en daarmee komt een einde aan ruim 9 jaar beursnotering. Een overzicht in twee delen van de belangrijkste koersontwikkelingen van het aandeel Spyker en hoe dat afgleed tot een pennystock.

De koersontwikkeling in de jaren 2004 tot en met 2007 is ruwweg te verdelen in 4 perioden (zie koersgrafiek): verlies in het jaar na de beursgang, stijging tot winst in 2006, koersval in 2007 en klein herstel in 2008.

Geen interesse
De naam Spyker verschijnt op 27 mei 2004 voor het eerst op het koersbord van Euronext Amsterdam. De uitgifteprijs van het aandeel Spyker is EUR 15,50, maar de eerste offici
ële koers is echter een kwartje lager met EUR 15,25. Publicitair is de beursgang een succes, financieel echter niet. Muller ziet in de notering zijn gelijk en een overwinning op de sceptici. ‘Vijf jaar geleden liepen er nog koeien op de plek waar nu ons pand staat. En iedereen maar beweren dat het niks zou worden. Dat het toch niet zou lukken, dure auto’s bouwen in Nederland. Ze hebben ongelijk gekregen’, zegt hij in zijn toespraak.

E
én van die sceptici is de Vereniging van Effectenbezitters (VEB). Toenmalig voorzitter Peter Paul de Vries vindt Spyker nog klein en kwetsbaar en vraagt zich af of een onderneming met EUR 900.000 omzet wel een plaats op de beurs verdient. Ook hekelt hij de vermeende deskundigheid van het management.

Belangrijk voor imagoman Muller is, dat de beursnotering ook een ‘kwaliteitsstempel’ op de jonge autofabrikant zet die de pioniersfase nauwelijks is ontgroeid. Voldoen aan de strenge eisen van de financiële autoriteiten zegt wat over de onderneming en vergroot de geloofwaardigheid richting klanten, leveranciers en financiers.
De beursgang levert Spyker EUR 12,8 miljoen op, geld dat wordt gebruikt om een lening af te lossen en om verder te expanderen. Topman Victor Muller schetst grote vooruitzichten voor Spyker en voorziet dat de productie en verkoop de daaropvolgende jaren flink zal toenemen.

Beleggers lijken echter niet echt geïnteresseerd in het aandeel Spyker en ABN Amro, de bank die de beursgang begeleidt, laat het afweten om hen te interesseren. Dat blijkt onder meer uit het feit dat de greenshoe niet wordt uitgeoefend. Daarbij worden aandelen toegewezen aan beleggers die bij de eerste inschrijving buiten de boot zijn gevallen, omdat de emissie door grote belangstelling is overtekend. Daarvan is bij Spyker geen sprake. Het niet uitoefenen van de greenshoe wordt in de financiële wereld gezien als een teken van gebrek aan succes. Als er voldoende belangstelling was geweest voor de aandelen Spyker dan was de greenshoe moeiteloos gevuld geweest.

In de eerste weken na de beursgang daalt de koers gestaag. Juist in die periode mag van de begeleidende bank worden verwacht dat die de handel bevordert met steunaankopen. Ingewijden stellen dat ABN Amro zijn handen van Spyker heeft afgetrokken. Saillant detail: Spyker is de eerste beursgang die ABN Amro begeleid na zijn fiasco met de beursgang van World Online. In 2004 en 2005 schommelt de koers van Spyker rond de EUR 10.00.

De beursgang is ook het definitieve breekpunt tussen Spyker-oprichters Victor Muller en Maarten de Bruijn. Waar Muller op die dag gretig poseert voor de camera’s en journalisten te woord staat, blijft De Bruijn vooral op de achtergrond. Hoewel Spyker het product is van ontwerper en techneut De Bruijn
én geldschieter Muller, zijn ze die dag weinig echt samen te zien. Er is niet eens een foto waar ze samen op staan. Dan blijkt al dat beide mannen, die wat betreft karakter volstrekte tegenpolen zijn met de rustige De Bruijn en de dominante Muller, ieder een eigen kant op willen met het bedrijf. Waar De Bruijn vooral de auto verder wil perfectioneren en in kleine aantallen wil maken, wil Muller juist opschalen en wereldwijd groeien.

Winning mood

Het aandeel  Spyker begint pas weer eind 2005 te klimmen. Het lijkt in die periode crescendo te gaan met de autofabrikant. Muller weet met het Arabisch-Britse Merchant Bridge en Arabische Mubadala twee nieuwe investeerders aan zich te binden die samen ruim EUR 14 miljoen vers kapitaal in Spyker stoppen. Ze doen dat door nieuwe aandelen op te nemen tegen een prijs boven de dan geldende beurskoers. Daar spreekt vertrouwen uit en dat zien andere beleggers ook. Dat Mubadala ook een belang in Ferrari heeft maakt het vertrouwen onder beleggers alleen maar groter.

Wereldwijd groeit het dealernetwerk en Spyker meldt oplopende productie- en verkoopaantallen. Het sluit een deal met de Duitse carrossier Karmann voor productie van 350 chassis en carrosserieën voor de Spyker-modellen C8 Spyder en C8 Laviolette. Ook introduceert Muller nieuwe modellen zoals de C12 en de D12 Peking-to-Paris.
Er komt dan echter ook steeds meer twijfel bij beleggers, analisten en journalisten over de juistheid van de productie- en verkoopcijfers. Er is onduidelijkheid over hoeveel gemaakte auto’s daadwerkelijk zijn verkocht.

In de eerste helft van 2006 is het aandeel door alle positieve berichten geklommen tot rond de EUR 22.00. De hoogste notering ooit, zal later blijken. Daarna zakt de koers wel weer terug tot het niveau van de introductieprijs. Eind augustus van dat jaar komt Spyker met een persbericht waarin het bevestigt dat het in de Formule 1 wil stappen en onderhandelingen voert met Midland F1. Spyker overweegt de overname te financieren met de uitgifte van aandelen. Beleggers zijn niet overtuigd van Mullers plannen en het aandeel Spyker zakt van EUR 17,40 naar EUR 16,90.
Door de overname van Midland F1 te financieren met het uitgeven van nieuwe aandelen verdubbelt het aantal uitstaande aandelen van bijna 3,8 miljoen naar 6,5 miljoen. De bestaande aandeelhouders krijgen een verwatering van hun belang van 40 procent voor de kiezen.

Als Spyker de overname op 10 september 2006 officieel bekend maakt komen beleggers in de winning mood. Het aandeel Spyker opent die dag 5,3 procent hoger en sluit op EUR 16,92. En als op 27 september de aandeelhouders voor de overname stemmen krijgt de koers nog een impuls en klimt het aandeel in twee dagen van EUR 17,50 naar EUR 17,90. Hoewel de financi
ële problemen bij Spyker in 2006 al groot zijn en door het Formule 1-team alleen maar groter worden, wat bij beleggers niet algemeen bekend is, zit het aandeel in de lift en verkeert in de regionen van EUR 20,00.

Kantelpunt
Een belangrijk kantelpunt voor de koers van Spyker is begin maart 2007. Als een toeleverancier in de media vraagtekens zet bij Spyker’s productie- en verkoopcijfers slaat de positieve beeldvorming bij beleggers, publiek en media om. Er volgt een serie negatieve publicaties.

De eerste zet naar een ongekende koersdaling die Spyker nooit meer te boven zal komen is de verkoop  door Go Capital van een deel van zijn aandelen Spyker 
op 8 maart. Het hedge fonds heeft een belang van iets meer dan 5 procent in de sportwagenbouwer. Fondsmanager Frans van Schaik geeft geen reden voor de verkoop. De koers van het aandeel Spyker keldert met 6 procent en sluit uiteindelijk op EUR 18,60. Het aandeel Spyker staat tot die tijd sinds medio januari 2007 stabiel op een koers rond de EUR 20.

De alarmbellen bij beleggers rinkelen opnieuw als Spyker voorjaar 2007 zijn jaarverslag over 2006 publiceert. In het verslag plaatst Spyker’s  nieuwe accountant Ernst & Young een waarschuwing bij de cijfers, de zogenaamde emphasis of matter, die een stuk scherper is dan de woorden van accountant Deloitte het jaar ervoor. ‘De negatieve resultaten en negatieve kasstroom van de afgelopen jaren indiceren materiele onzekerheid die significante twijfel kan geven over het voortbestaan van te bedrijf.’ De koers van het aandeel Spyker kiepert 5 procent omlaag naar EUR 17,50.

Beleggers leven op dat moment tussen hoop en vrees, maar de genadeklap komt als De Telegraaf op 24 april 2007 de hand weet te leggen op een explosieve fax. Leverancier Karmann heeft genoeg van de slechte betalingsmoraal van Spyker en sommeert de rekening van EUR 3,2 miljoen te betalen met dreiging van juridische stappen. Spyker probeert dit slechte te nieuws te downplayen, maar beleggers schrikken van de betaalachterstand en de koers glijdt verder naar beneden. In twee dagen van EUR 15,80 naar EUR 15,40.

Spyker’s trading update over het eerste kwartaal van 2007 is een opsomming van slecht nieuws. De onderneming meldt naast de dringende behoefte aan geld dat de autoproductie noodgedwongen stil ligt. Het aandeel gaat 7,3 procent onderuit en eindigt op EUR 14,46. Door alle negatieve berichtgeving verkeert Spyker aan de beurs in een vrije val.

Als het Algemeen Dagblad op 28 augustus 2007 schrijft dat schuldeisers het faillissement van Spyker hebben aangevraagd daalt het aandeel verder met 12 procent tot EUR 4,90. Het bericht blijkt niet te kloppen en de Autoriteit Financiële Markten (AFM) draait na onderzoek de handel in het aandeel Spyker terug. Maar dergelijke berichten brengen het aandeel Spyker niet in rustig vaarwater en het zet zijn daling voort.

Begin september wordt dan ook nog bekend dat de AFM wil, dat Spyker zijn jaarrekening over het afgelopen jaar herziet. De toezichthouder heeft twijfels of de financi
ële verslaggeving over 2006 voldoet aan de boekhoudregels. Ook dit bericht doet de koers geen goed.
Ondertussen wordt duidelijk dat een eigen Formule 1-raceteam voor Spyker niet langer houdbaar is. Aandeelhouders stemmen op 29 oktober 2007 voor verkoop en 7 dagen later is het team definitief verkocht.

Licht herstel
Het ‘annus horribilis’ zoals Muller het jaar 2007 noemt eindigt toch enigszins positief voor Spyker. De Ondernemingskamer stelt de AFM in het ongelijk en Spyker hoeft zijn jaarverslag 2006 niet te herzien. Aan het einde van het jaar tovert Muller met de jonge Russische bankier Vladimir Antonov een nieuwe redder van Spyker uit zijn hoge hoed. Hij is bereid een pakket nieuwe aandelen te kopen en leningen te verstrekken voor samen EUR 34,5 miljoen.

Spyker laat de aandelendrukpers weer flink draaien zodat Antonov een belang van 30 procent in Spyker verwerft. De verwatering is nadelig voor de bestaande aandeelhouders, maar Spyker heeft weer lucht. De koers van het aandeel Spyker reageert positief, maar beweegt zich dan onder de EUR 5,00 en is geen schim meer van wat het een jaar daarvoor nog was.

Lees ook deel 2: de periode 2008 tot en met heden met daarin het effect van de overname en het faillissement van Saab op de aandelenkoers van Spyker.

zaterdag 17 augustus 2013

Spyker zakt verder weg zonder beursnotering


Het brullende motorgeluid van Spyker-sportwagens rolt 27 mei 2004 over het Damrak in hartje Amsterdam. Spyker-oprichters Victor Muller en Maarten de Bruijn komen in stijl naar het beursgebouw om hun geesteskind naar de beurs te brengen. Voor de gelegenheid is zelfs een dummy van een Spyker Double 12 R op de beursvloer geparkeerd, de auto waarmee de jonge autofabriek op Le Mans racet. In een vlammende speech in de bestuurskamer van de beurs, bij de ondertekening van de papieren, veegt Victor Muller de vloer aan met de sceptici. Hij balt daarin alles samen wat hem als ondernemer drijft. Door de beursgang rekent hij af met de zwartkijkers die niet in de kleine sportwagenbouwer geloven: het bewijs dat het wél kan is er nu. Het is Muller ten voeten uit.

Negen jaar later komt er een einde aan de beursnotering van de –nog steeds- kleine sportwagenfabrikant. 13 September is de laatste dag dat er openbaar in het aandeel Spyker kan worden gehandeld, maakte de onderneming vrijdagavond nabeurs bekend. Verrassend is de verwijdering van de beurs niet. Spyker moest zijn financiën op orde krijgen om te voorkomen dat het van de beurs zou verdwijnen. En wie de recente halfjaarcijfers zag, wist dat dat allesbehalve is gelukt. Het bloed loopt uit de onderneming.

Strafbankje
Sinds 13 september 2011 zat Spyker op het “strafbankje” van NYSE Euronext Amsterdam, nadat Spyker’s toenmalige dochter Saab Automobile een verzoek tot surséance van betaling had ingediend. Spyker moest nu eerst maatregelen nemen en aantonen dat het een gezonde financiële basis en levensvatbare toekomst heeft om onder de curatele van de beurs uit te komen.

Omdat de herstructurering van de onderneming niet binnen een jaar was voltooid vroeg Spyker twee keer aan de beursautoriteiten om verlenging van de maatregel (per 13 september 2012 en per 13 maart 2013). Beide verzoeken werden door NYSE Euronext ingewilligd. De tweede verlenging en deadline eindigt op 13 september 2013. Omdat de financiën nog steeds niet op orde zijn beëindigt Euronext de notering. De facto zorgt het faillissement van Saab nu voor het einde van Spyker aan de beurs.

Volgens financieel directeur Arjen Dikken van Spyker is er geen kans dat de maatregel wordt teruggedraaid. ‘De delisting is definitief’, zegt hij zaterdag in Het Financieele Dagblad. Hij erkent dat de maatregel vervelend is voor aandeelhouders. ‘Maar we hebben te maken met de regelgeving van de beurs.’

Terugkeer
Een terugkeer van Spyker naar de beurs ligt niet voor de hand. Dan moet de onderneming weer het hele proces door van controle en goedkeuring door bankiers en juristen en het uitbrengen van een prospectus. En daarbij komt: wie zou nu nog in Spyker willen investeren na alles wat er zich in de negen jaar bij de onderneming heeft afgespeeld? Destijds in 2004 was Spyker amper de pioniersfase voorbij, de onderneming had zich nauwelijks bewezen en in de advertentie voor de nieuwe aandelen Spyker stond dat beleggen in de jonge onderneming ‘een hoge mate van risico inhoudt’. Daarin is niets veranderd.

De koers van het aandeel Spyker ontwikkelde zich in de afgelopen negen jaar als een wilde achtbaanrit die vooral in gierende vaart naar beneden ging. Gedurfde en risicovolle plannen van Victor Muller zoals de aankoop van een Formule 1-raceteam, wat bijna tot het faillissement van Spyker leed, en de overname van de noodlijdende Zweedse autofabrikant Saab zijn daar de voornaamste oorzaak van. Waar Spyker naar de beurs ging voor EUR 15,50 per aandeel, staat de koers vandaag de dag op EUR 0,80 (daarin zit wel een omgekeerde aandelensplitsing verwerkt).

Geld
Met het einde van de beursnotering verliest Spyker een belangrijk financieringsmiddel. Victor Muller heeft de afgelopen negen jaar de aandelenpers flink laten draaien om aandelen Spyker uit te geven om zijn plannen te financieren en leningen om te zetten in aandelen (al dan niet nadat Spyker die niet kon aflossen). En juist nu heeft Spyker weer eens dringend geld nodig.

Want  op de dag dat het einde van de beursnotering werd aangekondigd, introduceerde Spyker ook zijn nieuwste model B6 Venator Spyder. Voor zowel de open als de dichte versie van de Venator zoekt Spyker nog naar geld om ze verder te kunnen ontwikkelen en in productie te nemen. Het is nog steeds onduidelijk waar dat geld vandaan gaat komen. 

Het schrappen van de beursnotering is ook een forse tegenslag voor Victor Muller persoonlijk. Niet alleen mist zijn Spyker zonder beursnotering een ‘kwaliteitsstempel’. Immers, als je aan de strenge eisen van de financiële autoriteiten voldoet zegt dat wat over je bedrijf. Het vergroot de geloofwaardigheid richting klanten, leveranciers en financiers.

Geen beursnotering ontneemt Muller ook de mogelijkheid om te cashen. Want Muller is Spyker niet alleen begonnen als autoliefhebber, maar ook als investeerder. Zijn idee was om de sportwagenfabrikant op te bouwen en op een gunstig moment te verkopen en als investeerder zijn winst te pakken. Dat moment is door alle problemen bij Spyker echter nooit gekomen. En dat lijkt nu nog verder weg dan ooit.


Stay tuned: later een update van de hoogte- en dieptepunten van 9 jaar beursnotering Spyker.

dinsdag 13 augustus 2013

Extra geld blijft nodig voor noodlijdend Spyker na mager halfjaar

Spyker boekte een bijzonder mager eerste halfjaar in 2013. De cijfers tonen aan, dat er nauwelijks auto’s worden gebouwd en verkocht bij de sportwagenbouwer in Zeewolde, terwijl de investering door het Chinese Youngman in hoog tempo wordt verbrand. Het is maar de vraag of dat genoeg is om weer van het strafbankje van de Amsterdamse beurs af te komen.
De omzet over het eerste halfjaar was een schamele 682.000 euro. Die omzet is in theorie ruwweg het equivalent van drie auto's, maar Spyker maakt niet duidelijk hoeveel auto's er zijn verkocht. Er zijn nauwelijks inkomsten en dat de kosten ondertussen gewoon doorlopen komt tot uitdrukking in de negatieve operationele kasstroom van 6,5 miljoen euro. Het geld loopt bij Spyker gewoon het bedrijf uit.

Bloeden stelpen
Opvallend is ook, dat de Chinese investeerder Youngman niet echt van zins lijkt om het bloeden te stelpen. De vorig jaar aangekondigde financiële injectie van 10 miljoen euro zal er bij de huidige omvang van het verlies snel doorheen zijn gejaagd. En dat is dan niet vanwege investeringen in de toekomst, maar om het bedrijf überhaupt overeind te houden. Spyker meldt niet of Youngman méér wil investeren dan de 10 miljoen.

Wel zegt Spyker met nadruk dat nieuw geld nodig is om de nieuwe Spyker B6 Venator te ontwikkelen. Zonder extra financiering kan die auto, die afgelopen maart op de Autosalon van Geneve werd onthuld, niet eens productierijp worden gemaakt. Dit belangrijke model, dat voor grotere verkoopaantallen zou moeten zorgen en waarvan aanstaande vrijdag de open versie Venator Spyder wordt onthuld op het prestigieuze Concours d’Elegance Pebble Beach, komt alleen maar op de weg als er nieuwe investeerders aanhaken. Een wankele basis.

Het is in dit licht opmerkelijk dat Spyker met geen woord rept over de C8 Aileron. Dit model is in elk geval wél productieklaar. De Aileron werd al 2011 gepresenteerd als de opvolger van de C8 Laviolette en C8 Spyder en zou Spyker weer naar omzet en winst moeten rijden. De productie lijkt maar niet echt op gang te komen.

Ondertussen meldt Spyker dat het volgend jaar op de Autosalon van Genève een nieuwe versie van de D8 Peking-to-Paris laat zien. Het oorspronkelijke ontwerp is al weer 8 jaar oud en de auto is door geldgebrek en overschatting van de ontwikkelingskosten- en tijd nimmer in productie gegaan. Maar ook voor dit model moet nog geld worden gevonden.

Beursnotering
De deal van 10 miljoen met Youngman is cruciaal om de beursnotering aan Euronext Amsterdam te kunnen laten voortbestaan. Spyker zit sinds september 2011 op het strafbankje. Uiterlijk aanstaande september moet Spyker aan Euronext kunnen bewijzen dat het een levensvatbare toekomst heeft met een gezonde financiële basis. Zonder de Youngman-deal had dat nooit gekund en daarom was Victor Muller er alles aan gelegen om de ondertekende deal nog mee te kunnen nemen in zijn halfjaarrapportage. Dat lukte op de valreep, want op 28 juni werden de definitieve handtekeningen gezet.

Het is nu afwachten of Euronext de cijfers en de investering voldoende vindt om Spyker weer van het strafbankje te halen. Zo niet, dan wordt de beursnotering van Spyker geschrapt.

Ondertussen is het bij Spyker het bekende verhaal. Victor Muller schetst weer positieve vergezichten en strooit met nieuwe modellen. Maar geld om ze te ontwikkelen en in productie te nemen is er niet. Maar laat het enthousiasmeren van nieuwe geldschieters voor zijn ideeën nou net de grootste kwaliteit van Muller zijn.